
Vandaag was er brandoefening. Dit was al weken vantevoren aangekondigd. De bedoeling was dat er om 8.30 uur een alarm af zou gaan, waarop iedereen die in het gebouw was het gebouw moest verlaten en mijn vriend de portier alle verdiepingen af moest lopen om te zien of er iemand was achtergebleven. De afgelopen week stond hij nog vaker buiten sigaretjes te paffen en zijn lip trilde als hij 'goedemorgen' tegen me zei. Hij was in afwachting van zijn moment. Het moment waarop hij naar buiten zou lopen en tegen de voltallig buiten wachtende bevolking van het kantoorgebouw 'u mag weer naar binnen' zou moeten roepen.
Er waren maar weinig mensen vanmorgen. Ik denk dat velen ervoor gekozen hebben om later te beginnen, gezien dat ze, net koud gestart, toch alweer snel naar buiten moesten om te wachten. Ik kwam een uurtje na het event pas op kantoor.
'Goejemorruge' riep ik tegen de portier.
'Goejemorruge' zei hij terug. Ik zag de ontspanning in zijn ogen, zijn rust. Hij straalde uit dat het goed gegaan was. Niets herrinerde meer aan de jaarlijkse brandoefening, behalve een vinkje op een lijst, ergens. En opeens dacht ik, hij heeft de mooiste baan van de wereld.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten