'Kom, we lopen naar school' stel ik mijn kinderen voor 'beter voor het milieu en voor je eigen gezondheid, dus, uitstappen maar'.
'Niet' zegt de middelste, 'je hebt geen benzine meer. Oooh, papa'
Ze hebben me door. Eens in de zoveel tijd sta ik zonder benzine. Dat komt omdat onze straat onderaan een steile heuvel ligt, ik mijn auto op de helling parkeer en dan staat de vloeistofspiegel in de benzinetank scheef. Hilversum ligt op de Utrechtse heuvelrug, dus dan kan het voorkomen dat je niet kan starten omdat de benzine niet bij de motor kan komen. Ik stond dus niet zonder benzine, beter is om te zeggen dat ik met iets te weinig benzine stond en ik daar, na het passeren van een oude landijstong (zie plaatje boven) last van had.
'Wat is het hondje van de buren toch lief, he meiden?' vraag ik. De afleidingsmanoeuvre werkt, de benzinekwestie wordt niet meer besproken. Met een beetje mazzel zijn ze het incidentje na schooltijd vergeten. Ik moet om mijn imago denken.
Ik fiets met een vaatje vers getapte Euro Loodvrij van de pomp terug naar huis. Daar fietst D. Even overweeg ik de benzine in de struiken te gooien voordat ze mij ziet. Te laat.
'Hooi' roept ze.
'Hooi' roep ik terug.
Ze kijkt vragend naar de benzine op mijn stuur.
'Deze fiets heeft een verbrandingsmotor en in de buizen van het frame stop ik de benzine. Ik ga nu een lange tocht maken, dus ik hebt wat extra voorraad bij me' smoes ik en ze trapt erin, vrouwen hebben gelukkig in het algemeen niet zo'n technisch inzicht. Maar ze kan nu niet rondvertellen dat ik weer eens niet getankt had, mijn imago is gered, op het nippertje!
Hooi!
BeantwoordenVerwijderenEindelijk duidelijkheid!
Ik dacht al: die fiets... daar moet iets bijzonders mee zijn.
En... je geheim is veilig bij mij, hoor.
Dank je D.
BeantwoordenVerwijderen