Dus het nieuws van Godfried is al meer dan een maand oud en nu pas kan ik het presenteren aan de trouwe volgers van mijn blog. Die kunnen mij dit terecht kwalijk nemen. Wat is het nut van het volgen van een blog als zulk belangrijk nieuws niet direct gedeeld wordt? Dan kunnen ze net zo goed zelf het net afstruinen om zich te vermaken.
Wat zou Godfried zelf gevonden hebben van deze eer? Ik moet denken aan zijn commentaar, nadat zijn literaire vriend Simon Carmiggelt zijn verbazing had geuit dat Bomans nooit enige literaire prijzen had gekregen:
'Beste Simon, Met de grootste instemming lees ik in De Nieuwe Linie dat je mij prijzen wilt toekennen, een bericht, dat ook in de kringen der Bloemendaalse leveranciers een zekere ontspanning heeft te weeg gebracht. De kruidenierswaren worden niet meer ruw in de keuken geworpen en ook de melkboer heeft een enkel flesje weer afgeleverd'
Zou dit het kunnen zijn?
Geachte Internationale Astronomische Unie,
Het is met eenige schroom dat ik u aanschrijf, mede ingegeven door uw ontzagwekkende naam. Ik durf het toch aan, aangespoord door mijn echtgenoote die mij verzekerde dat ook van gezelschappen met namen als de uwe heus hele gewoone mensen lid zullen zijn. Ik hoop het maar.
De vernoeming ener planetoïde naar mij doet mij zeer veel deugd en ik ben u onuitsprekelijk dankbaar. Helaas voor sommigen hoef ik ter doop niet ter plekke te verschijnen, het schijnt dat opname in een register voldoende is. Ik lees dat het op Godfried Bomans vrij koud is en met een diameter van slechts 7 kilometer ben je er natuurlijk zo uitgewandeld, toch, het lijkt al met al een aardige planetoide te zijn, het uitzicht vanaf de westpunt moet er alleraardigst zijn. Bezorgt het Haarlemsch Dagblad ter plekke haar avondeditie? ...
etc..
Nee, dat wordt hem niet vrees ik. Grootsheid is slechts weinigen gegeven en dat is maar goed ook, anders zijn straks de planetoiden op.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten